5 student zijn. En hij had beloofd, alles, wat Ma vroeg; heel veel was 't geweest. Toen was hij opgestaanvlug nuen opgewonden naar beneden gehold. Pa had hem stil, zenuw achtig de hand gedrukt, Zus had hem omhelsd en Wilhelm, die kwajongen van een broer, was toch ook hartelijk geweest, al hadden ze nog al eens ruzie - omdat hij student was en Wilhelm nog zoo'n jochie. Ja, verleden jaar, was het toch anders, heel anders Allen waren zoo goed voor hem geweest, hij had zich weer eens klein gevoeld. En verlegen was hij geworden door al die cadeautjes, kleine dingen maar, prullen misschien, maar toch zoo waardevol, omdat ze kwamen van hen, die hem lief hadden. Het grootste cadeau had hij immers al gehad, zijn schulden waren betaald en Ma wist nu, dat het niet meer gebeuren zouhij kon immers zijn woord houden. Wat voelde hij zich gelukkig! Maar hij verwachtte toen nog iets, heel zeker wist hijdat het komen zou. En toen Ma hem het rose briefje gaf, zoo beteekenisvol glimlachend, alsof ze alles al begreephad hij het maar in eens verteld, van Luise Ja, hij hield zooveel van haar en zij van hem, dat wist hij heel zeker, had hij gezegd. En hij zou beter gaan werken, ook om haar. En Ma had gelachen, zachtjes gelachen; ze begreep ook dadelijk alles. Zoo heerlijk-gelukkig was hij dien dag geweest, zoo dankbaar s'avonds had hij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1915 | | pagina 163