8
nader. De mitrailleurs knetteren en regelmatig
daartusschen schieten Carl en zijn kameraden.
Ja, verleden jaar was het toch anders, heel
anders
Ze rennen door die dapperen daar. De mitrail
leurs maaien in hun liniën, de geweerkogels
treffen den een na den ander, maar ze keeren
niet om, ze vluchten niet,ze naderen.
Carl schiet langzaam, kalm mikkend en niet
meer missend nu.
En toch naderen ze, onweerstaanbaar. En telkens
springen nieuwen op daarginds en storten zich
naar voren. Carl wordt ongerust en zijn oogen
zwervenals zoovele van anderen, naar den Haupt-
mann. Een kort, klaar bevel geeft hij, de bajo
netten ratelen
Nog een kort bevel en Carl springt op met de
anderenden vijand tegemoet. Terug moet hij
terug zal hij en na een kort, heftig handgemeen
wijkt hij ook, verzwakt door het heftige vuur van
daar straks. En trotsch keert Carl te midden
zijner kameraden, in den loopgraaf terug. Ze nemen
hun dooden en gewonden meebetrekkelijk weinig
vergeleken met die velen daarginds.
Hoe heerlijk te overwinnenWat ze wel denken
zalals hij het haar schrijft.
Ja, verleden jaar was het toch anders, heel
anders
Een paar kogels vliegen nog heen en weer, maar
iets aan de beslissing veranderen, kunnen zij
niet meer.
Neen, denkt Carl, we hebben gewonnen, Luisn
zal het weten!