VERZEN SNEEÜWDAG. door MAX. I. Het wolkwit zinkt neder, in zachte bezwijming, Zich vlijend op d'aard, als een donskleed, héél [fijn; 'k Zie blonken het zwarte, 't wordt alles nu rein, En lichtstralend van diamanten weerschijning De boomen, in zilverig-witte omlijning, Ze strekken de takken, die bladerloos zijn, Maar schooner nu schitt'ren van hel kristallijn Hoog boven die zee, waar versteend is de deining. Ik sta zoo alleen, stil, in mijm'ring verzonken, Als hadden pas kling'lende klokjes geklonken, Gevleugelde klanken, niet aardsch maar van [Goön Ach kon ook blank sneeuwkleed verreinen ons [denken Voor immer ons ziele tevredenheid schenken, Wat werd dan het leven op aarde me schoon.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1915 | | pagina 168