28
schittering, dat even de pupil hunner oogen zich
beschermen moest door de leden. Toen echter
het zien kon geschiedenging een zucht van heilige
verbazing door de saamgegroepte massa en in een
impuls stortten de Academici zich ter aarde, de
armen in devotie gestrekt naar het lachende licht
Het Wonder was geschied: de beelden van hunne
Goden waren wedergekomen.
Goud-overgoten, een aureool glanzend boven de
hoofden, stonden de beelden in heilige onaantast
baarheid, blikten de oogen vol liefde neder op de
in het-stof-gebogenen
En de Academici sleepten zich voort naar de
beelden en streelden met bevende vingeren het
koele marmer
Toen was het, dat de Opperpriester binnen
schreed gevolgd door een schare Orde-broeders en
zijn blik was streng en hard. Koud-glimlachend
blikte hij neder op de in het stof geknielden; ge
sloten bleven zijn dunne lippen toen één juichtoon
der Academici in extase opklonk door de Piazza:
De beelden, de beelden, zij zijn wedergekomen
in ons midden. De Goden zelve hebben hen met
goddelijke kracht ons wedergegeventoen wij allen
rustten in Morpheus' armen. Onze bede is ver
hoord
Onbewegelijkde koude glimlach nauw-merkbaar
spelend om de vastgesloten lippen, de oogen in
star-koele staring over hen heen, bleef de Opper
priester.
Toen verhief zich langzaam zijn arm en de
