Droomend Meisje.
Zoo net is het donker geworden
'tis alles nu rustig en stil
Voor 'traam zit een meisje te droomen,
Wat of er haar hartje toch wil?
De sterren staan al aan den hemel,
In 't water weerspiegelt de maan
Wat staren die donkere oogen,
Waar denkt dat klein meisje toch aan?
Wat heeft ze een roosroode lippen,
Als git is het donkere haar
Wat kijken de oogen nu treurig:
Toch glanzen twee sterretjes daar.
„Waarom moet ze toch zoo bedroefd zijn?"
Zoo peinst ze en weet het maar niet
Héél zacht zingt van binnen haar hartje
Verlangend een zangerig lied.
Breda, ld Januari '16.
Max.