LXXXIV In den Cadetten-Almanak van 1S69 trof ik onder de „Varia" een puntige uitdrukking aan, die ik thans op liet gezicht van zoo menigen Cadet meen te lezen. Daar staat onder het opschrift „In de kerk" (het was nog in den tijd van den ver plichten kerkgang) dit bekende gezegde van Oldenbarneveld„Maak het kort". Welnu, jeugdige Kameraden, weest gerust! Ik zal het kort maken en niet te veel van Uw ge duld vorderen. Op 24 November 1828 werd de door koning Willem I gestichte K. M. A. in tegenwoordigheid van 's konings Tweedén Zoon Prins Frederik in gewijd met een rede van den aan die Inrichting verbonden hoogleeraar Bosscha, uitgesproken in de Groote Kerk. Bij die gelegenheid werd terecht de vestiging van een Militaire Academie, een heugelijke gebeur tenis, een evenement van beteekenis genoemd. Wat toch was het geval? Terwijl in de eerste jaren van de 19e eeuw mi litaire scholen in verschillende plaatsen van ons land hadden bestaan, vestigde koning Willem I reeds kort na zijne troonsbestijging de Artillerie- en Genieschool te Delfteen inrichting, die echter ook wel jongelieden opleidde voor de infanterie, de cavalerie, den waterstaat en de vloot. Aan het lionfd dier school stond de Generaal Voet, wiens beeltenis ons bekend is uit de buste, die in de receptiezaal staat. u

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1916 | | pagina 94