86 waarvoor de booten opgestuurd moeten worden, zooals twee maal het geval is geweest met de Zephir, natuurlijk niet geheel door de aansprakelijke roeiers kunnen worden betaald en dus de kas een Hinken klap toebrengen. Van de kano's die hoofdzakelijk dienden om de zucht van enkele menschen tot „rammen" te bekoelen werd reeds één exemplaar hetzelfde, waarin met Paschen Snuif met zn eieren door de cantine werd gezeuld verkocht, 't Zelfde lot onderging de Dolfijn, die ook reeds ge- ruimen tijd in den aardappelkelder opgesloten lag. De bergruimte, waarover we konden beschikken, bleek veel te klein om nog meer booten onder dak te brengen. Maar op de Academie zijn een massa vernuftige menschen, zoodat een hoop voorstellen al ras gedaan waren. Eén bracht zelfs ter sprake de booten in 't water te laten liggen, doch een dergelijk oordbivak werd bij acclamatie afgezwaaid, Gelukkig werden we van hooger- hand uit deze netelige positie gered, daar de aardappelkelder ter beschikking van de Roeivereeniging gesteld werd. De blijdschap was op ieders gezicht te lezen, toen ons dit bericht ter oore kwam. Is het ook geen heerlijk idee Hetzelfde gebouw, waar eeuwen geleden de Heeren van Breda hun turfjes opstapelden, mogen wij nu inrichten als koetshuis voor onze bootjes en we hebben gratis een fijn hekje voor den ingang gekregen bovendien. Ik zeg maar zoo „ik zeg maar niks". Dan het tenue. Ook een punt waarover al heel wat woorden gevallen zijn. 't Volgend jaar hopen we ook op dit gebied eemge vorderingen gemaakt te hebben. Kapitein Dudok van Heel is afgekeurd voor den dienst en daardoor tevens afgetreden als beschermheer van de Roeivereeni ging. Hem werd echter met algemeen goedvinden van de aanwezige leden het Eerelidmaatschap aangeboden. De Kapitein Jhr. Alting von Geusau, die tijdens de afwezigheid van den Kapitein van Heel reeds tijdelijk met het toezicht belast was, heeft zich bereid verklaard het beschermheerschap voor goed op zich te nemen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1917 | | pagina 116