R-1
rb
□JLg
J Een liefhebberP
Oudste jaar„Waarom ben je cadet geworden
Zwarte baar„Om een mooie vrouw te krijgen'
De Zure in de pot.
Natuurlijk hing er een dikke blauwe walm.
Kapitein (binnentredend, gestreng) „Rook jij, Duinhein?"
De Zure (verheugd en minzaam) „Graag kapitein, graag
kapitein'
Haagsche paradoxen, opgedaan in Kerstverlof.
Het ochtendblad van de Avondpost.
Hagenaars, die in smoking naar „In Rok" gaan.
„Cadetten, die met nieuwen moed" terug naar de academie
gingen.
Meisjes Doe je verliefd, zijn ze arrogantdoe je arro
gant, worden ze verliefd.
(Wat zullen die applicaten dan een kans gehad hebben
Uitdeeling surprises door den Goeden Sint.
„Sommige personen werden onheusch bejegend."
(Motto Vleesch is duur...)
Theorie velddienst.
De Plume (manhaftig) Ik zou er recht op injassen en
dan aan den anderen kant weer snel verdwijnen.
De Pit (droog) Ja, dan zouden er een paar omvallen
en die zouden gauw weer opstaan, om je nog even na te
kijken, En dan zou de vijand zeggen Hè, was dat
schrikken
243