qj
j"b
244
DJ
Uil
~U A. (vlak na het ontbijt) We moeten met z'n tweëen D
eens een „Rotterdammer nemen.
B.
A. Ja, een „Rotterdammer
B. Maar welke Rotterdammer Ik heb nooit van een
Rotterdammer last gehad. En waarom kan je het niet
alleen af
(Hij bedoelde een abonnement, maar t was nog zoo
vroeg).
Maandagochtend op slaapzaal; algemeen gekanker.
A. Ik ben gelukkig nog al in een goed humeur.
Taas Dat is zoo beroerd nog niet; maar hoe kom je
er weer uit
LuitenantWaar kom jij vandaan
De te late CadetUit Bergen op Zoom, luit.
Stikum-achtige tekstwijziging.
Sjellie Tonia, ga mee naar buiten, de geit staat te blaffen.
Slotüarium.
Wie wib die kan
Wie nog Niemand niet
Dag, hoor