60
applicatie-cursus te volgen. Eenigen tijcl later werd de order
voorgelezen, waarbij tot Gouverneur van de Koninklijke Militaire
Academie werd aangesteld, de Generaal-Majoor der Artillerie,
Adjudant in B. D van H. M. de Koningin, J. W. P. van
Hoogstraten. Tevens werd bekend gemaakt, dat het tweede
studiejaar, hetwelk nog steeds op detachement was, begin Januari
zijn intrede zou doen. Nieuwsgierig werd hier naar uitgekeken,
daar immers de tweedejaars nog nooit het Academieleven hadden
meegemaakt.
Het Kerstverlof brak intusschen aan en bracht ons een succes
op schermgebied, waarvan het verslag van de „Algemeene"
getuigt.
Op den derden Januari '16 was de Academie weer bevolkt
met drie jaren. Er heerschte toen in het oude gebouw een onge
zellige stemming. Het kennismaken wilde met recht vlotten, de
onderlinge verhouding liet nog wel te wenschen over. Lang
zamerhand werd de toestand beter de Senaat sprak verschillende
personen, legde de quaestie uit en werkelijk begon men elkander
beter te begrijpen en te waardeeren.
In dezelfde maand hadden op het Academieterrein athletiek-
en schermwedstrijden plaats, waarbij de zandhazen den 1en prijs
behaalden met de wapenwedstrijd sabel.
Half Februari hadden de voorloopige verkiezingen plaats van
den Senaat, welke tot resultaat hadden, dat gekozen werden
Kapitz, Hojel en Lanen, respectievelijk als voorzitter, secretaris
en penningmeester.
Geen aangename en dankbare taak wachtte hen de eerste
maanden. Zij waren 't voornamelijk, die den band tusschen het
eerste- en tweedejaars moesten vormen. Allerlei quaesties en
kleinigheden werden aan hun beslissing overgelaten en er moest
meermalen met de noodige takt worden opgetreden. Gelukkig,
dat die samenwerking vrij wel is tot stand gekomen.
Eind Februari deed het oudste jaar zijn officiersexamen, waarna
een detacheering van ongeveer tien dagen volgde. Na afloop op