III. Met blijd en klank, 163 En nu moeten schallen, Ver en frank, Mijn vreugde zangen. Ik moet nu zingen, Van vreugde-dingen, Van liefde s zoet. Na lange dagen zag 'k ze weer Nog even lief, nog even schoon Is zij Maar o, zoo teer. Door nevels brak zij lachend heen Als een lente na den winter scheen Ze mij. Modder. a

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1919 | | pagina 185