s Ss 179 "laten gaan, dat mijn hoofdpersoon een zelfmoord zal be drijven. Want weet wel het zal hier gaan als met elk vast besluit van een zwak mensch. Onze zanger wist dit echter nog niet zoo, en liep in groote weifeling rond want welken weg zou hij volgen, om de groote, eindelijke rust te erlangen En tot een besluit kon hij niet komen, want hij vreesde den overgang tot het onbekende, zoodat hij wel wenschte, zonder actief handelen zijn doel te kunnen bereiken. Hieruit ziet men, dat hij nog niet zeer ervaren was in zulk soort zaken. Anders toch had hij zeker geweten De vrees voor den dood is niet de vrees voor den over gang. Maar voor wat daarna komt de onmacht der stervende ziel, die, gedwongen te zien zonder leniging van smarten, mee moet lijden. Maar de levens-zanger wist dit niethij vreesde den grooten sprong, en tochhij moest besluiten. En hij peinsde en overwoog, en dacht aan bedwelming en aan de zee Reeds werd één Weten helder in hem, toen een groote vermoeidheid hem beving, zoodat hij insliep, en droomde Vreemd was zijn droom, maar toch van groote helder heid, en licht voor het geheugen Dood zag hij zijn lichaam liggen tegen een groenen dijk onmiddellijk wist hij, dat hij zich verdronken had. En ook, dat zijn Ik, een bevrijde ziel nu, ijl vluchtzweefde omhoog. En steeds steeg hij, geluidloos, met, zwalpende suizing óm zich. n „Vreemd", dacht hij, en glimlachte. „Hoe ouderwetsch

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1919 | | pagina 201