een maar eens voor een volgenden keer met er atge-
sproken.
't Was een verrekt aardig meisje. Maar toch wist ik
direct wel, dat er van trouwen of zoo iets nooit wat zou
komen, want ik dacht zoo: voor tijdverdrijf, zie-je?".
Ik knikte eens, want ik wist hoe Ed was. Boy zei niets,
knipte eens met z'n oogen.
„Ik dacht, dat is toch weer zoo afgeloopen. Maar na
een paar avonden had ik in de gaten, dat 'et kind straal
op me verkikkerd was. En als ze je dan met zulke ver
trouwelijke oogen aankeek Enfin En zoo kwam 'et,
dat ik medelijden met 'er kreeg, want ik dacht „kind,
kind, wat ben je toch begonnen. „En dan dacht ik, hoe
beroerd ze 'et zou vinden, als ik 'er nou is liet staan. Ja,
dat was een gek geval
Ed keek even voor zich, en ik kuchte eens, om hem
weer op gang te brengen. Boy's oogen leken wel toege
vallen, en ik zag hem even rillen. „Nou, 'et eind was, dat
ik ook wel verkikkerd scheen te worden. Dus toen werd
'et een dubbele misère. Je begrijpt, dat ik 't toen maar
gauw uitgemaakt heb Ze heeft 'et geloof ik wel
overleefd, en ik ook, zooals je ziet."
Boy rekte zich tamelijk onbeleefd uit, en ik knikte machi
naal. Maar ik moest toch vragen „Waarom maakte je 'et
dan uit, als je van 'er ging houden, en zij van jou Jij
hebt toch nooit aan begrippen van stand gehecht, en geld
was voor jou toch geen bezwaar, om
„Ja, ja, ik weet 'et al trouwen hè en dan later spijt
hebben Nee hoor, 'k zou je danken vrijheid boven
alles
„Later zal je er wel anders over denken. Als je maar
j~|eenmaal de ware hebt gevonden
191
tf s