füS
verzoek huns vaders wezen ze elk hunner een slaapplaats
aan en versierden deze met rozen, wier lieflijke geur onze
edelknapen voortaan in slaap zou wiegen en de aangenaamste
droomen beloofde.
Het leven, dat nu volgde, was voor de beiden op roem
belusten het mooiste, dat ze nog ooit geleefd hadden. Eiken
morgen, heel in de vroegte, verlieten ze het kasteel, om
zich aan het hoofd te stellen van een der benden en hier
mede de omstreken te doorkruisen. Het was werkelijk een
schitterend gezicht die woeste ruiterbenden over de heide
te zien dazen terwijl de anders zoo vreedzaam voortrollende
198