S Het Bal. Ja, dat 's haar stem, daar, die Pierrette met dien Mephisto. Hoe komt zij hier, och nee, ze kan 't niet zijn, ze zou immers niet komen. Waar zijn ze, 'k zie ze niet meer in die drukte, daar gaan ze, ze dansen goed, kijk, hij zegt wat tegen haar, ze lachen. Nee, ze is het niet, ik heb me vergist. Nog even wachten, tot ze weer voorbij komenze lijkt toch sprekend, even groot, even slank, haar manier van dansen Ha, langzamer tempo, nu kan ik ze beter zien, waar achtig, ze is het, nee toch niet. Ze komen op mij af, zouden ze mij herkennen Maar ze is het, ik hoor het aan haar lach, ze is het; en wie is die Mephisto, ik ken hem niet. Ze heeft me niet verteld, dat ze zou komen, waarom niet Wilde ze het niet zeggen, zou ze hier Kijk, ze gaan naar den tuin, 'k zie ze haast niet meer, ja, nu wel, onder die lampion. Zij kust hem zij kust hem Hij staat roerloos en merkt niets van het bont gewarrel om hem heen. Een dansend paar botst tegen hem aan, zoodat hij wankelt, maar geen oogenblik laten zijn oogen los den tuin, waarin hij niets meer ziet, dan het flauwe, roode licht vande lampions. Hij ziet niet, dat een lenige figuur, gekleed als Carmen, schuin tegenover hem staat, geleund tegen den muur, en 184

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1921 | | pagina 206