Officieren ingedeeld bi] de cadettencompagnieën. P. Halberstadt, (20) Kapitein der Infanteriecommandant der lste compagnie, belast met liet toezicht op de diensten van inwendigen en huishoudelijken aard, tevens commandant dei- compagnie oppassers. C. M. Donck, (Bk. 12, 16), (20), Kapitein der Infanterie commandant der 2de compagnie, belast met het onderwijs in de infanterie-exercitiën, de dienst- en exercitiereglementen en dienstvoorschriften der infanterie, de algemeene voor schriften, dienstcorrespondentie, het militair strafrecht, de mili taire administratie en het schijfschieten, benevens het toezicht op de lichaamsoefeningen. T. J. Reeser, lste Luitenant der Infanterietoegevoegd aan den Eerste-Officier. B. Geleijnse, lste Luit. der Infanterie, 1° Compagnie. G. Greidanus, F. D. M. H. A. v. Aelst, 2° A. den Hertog, (N.O.C.Z.), M. J. van der Boon, L. van Rekum, lste Luitenant der Infanterie N.-I. L., 2de Compagnie. Hoofden van Onderwijs. G. de Josselin de Jong, (30), Reserve-Majoor der Artillerie Hoogleeraar, voor de wis-, natuur- en scheikunde. (Geeft les in mechanica, waarschijnlijkheidsrekening en hoogere meetkunde). H. Rooseboom (20), Kapitein der Infanterie, voor de alge meene tactiek, de strategie en de krijgsgeschiedenis, de oorlogsgebruiken, de militaire aardrijkskunde, (behalve die van Nederlandsch-Indië), het theoretisch en practisch on- 28 A. Netze, k

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1921 | | pagina 42