plaats vonden. De Infanterie trad ditmaal als kampioen van de K. M. A. uit het strijdperk. Eenigen tijd later werden de personeele wedstrijden op alle wapens gehouden. Er was veel belangstelling, zoowel van officieren als van cadetten. Helaas! Het wapenfeest mocht geen prettig einde hebben. Op den laatsten dag werd onze vriend van Stenis door een steek in den hals getroffen, met het noodlottig gevolg dat hij onmid dellijk overleed. Het geheele korps was diep onder den in druk van het gebeurde. Allen voelden dat zij in hem een trouwen en sympathieken makker hadden verloren. Ook het turnen is dit jaar goed vooruit gegaan wat de oefeningen, die zoo nu en dan gegeven werden, wel bewezen. Volgens den uitslag van de wedstrijden zien we dat onze tegenstanders sterker geworden zijn. We moeten niet denken, nu we krachten zooals Schuiling en van Boven missen, dat al onze schermers verdwenen zijn. Denkt er aan „Training is all". Er moeten zooveel geoefende schermers zijn, dat we voor een moeilijke keus moeten staan welke schermers er in de equipes uit zullen komen. En dat kan alléén verkregen worden door oefenen, door véél oefenen. Ook dit jaar moeten we de K. M. A. hoog houden dat zijn we verplicht tegenover onze voorgangers en tegenover ons eigen eergevoel. Daarom, kameraden! nooit denken: ik ben er al, laat ze nu maar komen. Er kan nooit te veel geoefend wordenwe zijn nooit volleerd. Nogmaals: hard aangepakt en flink gewerkt, dan komen we er dit jaar. Hoe meer schermers in de schermzaal hoe beter en daarom Op naar de schermzaal! HET BESTUUR. 69

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1921 | | pagina 89