Zoo lag dan weer de jool achter ons. Ik kan niet anders
zeggen, dan dat boven verwachting het geheel schitterend
is verloopen. Natuurlijk zon ik ettelijke namen kunnen noe
men van hen, die zich verdienstelijk gemaakt hebben bij het
organiseeren van alles, maar het zijn er zoovele geweest,
dat het mij bijna een onoverkomelijk bezwaar lijkt, om zon
der iemand te vergeten allen te noemen. Een ieder weet
voor zich liet best wat voor aandeel hij in het slagen gehad
heeft. Laat liet dan als een algemeene deugd gelden, geholpen
te hébben, maar laat mij dan ook een algemeen woord van
appreciatie uitspreken voor hen, die hunne krachten gegeven
hebben.
Hierbij neem ik dan afscheid van de 25-jarige en zal mij
in het 26e jaar begeven, om eens na te gaan wat er ge
presteerd is.
Het groote fanatisme waarmede begonnen werd, ligt nog
versch in het geheugen. Ik herinner me zelfs nog in het vo
rige jaarverslag kampioens-illusies gekoesterd te hebben.
Daar was in den aanvang dan ook alle reden voor. Immers
de eerste vier wedstrijden werden alle gewonnen, maar daar
mede scheen dan ook vrijwel alle kruit verschoten. Verschil
lende ongevallen aan spelers overkomen, droegen hiertoe het
hunne bij. Zoo was Slangenburgh al gauw invalide en volgde
Scheffer spoedig zijn voorbeeld, zoodat de voorhoede gebro
ken was. Maar niet alleen dit was oorzaak van verminderd
succes. Een jaarverslag mag alle goeds vermelden, maar he
laas moet ik ook eenige minder aangename dingen memo-
reeren. Het is heel gemakkelijk om critiek uit te oefenen op
liet Bestuur, menschen die dikwijls een groot gedeelte van
hun vrijen tijd opofferen 0111 alles zoo goed moegelijk te laten
verloopen. Dit zou een reden zijn 0111 hun werk te waar-
deeren, maar schijnbaar werd er anders over gedacht. Er
broeide iets in den boezem der spelers, dat was merkbaar,
maar waar het aan mangelde, wist niemand precies. De