S '3= Op de schietbaan gooien eenige cadetten met séf- pentines, overgebleven van de kermis. Luitenant (woedend)„Alsj jullie niet sjerpentinesj willen gooien, doen jullie dat maar op de kermisjRol óp die dingen Rijles op het zij terrein. Luitenant: „Feest, neem die heg daar!" Jonker Feest (zenuwachtig): „Wat moet ik met die lieg doen, luit.?" Luitenant: „Ojjeten, verdomme!!" K:.- Op reorganisatie-plan. „Bald wird sich alles, alles wenden." (Uitland.) „Aus Betenden niüsxen wir Segnende werden." (Nietsche.) Waar scli ijnlijklieidsrekening. „Rom-pom-pom, lach er maar eens om!" Cadet A.„Woensdag militaire begrafenis!" Cadet B.: Cadet A.„Ja, Koentje geeft Maandag gymnastiek les." C. S.-baar, die zijn bajonet rechts heeft hangen en haar links zoekt: „Sergeant, ik kan mijn sabeltje niet vinden 216 1 i v- -j vv i\ V. r 1

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1922 | | pagina 246