Thomson, Lodewijk Willem Johan Karei.
leeren werd de patrouille door een bende van 300 man, die
gele doeken om het hoofd hadden, overvallen. Schot door
het hart.
(M. W. O. 4), (Ned. L. 3), (O. N. 5), (B. K. 9, 12), (25),
(Z. E. P.), (E. L. 4), (Z. 4 a), (V. 4), (Z. a. A. 1).
Geboren 11 Juni 1869 te Voorschoten.
Benoemd tot cadet aan de Koninklijke Militaire Academie
voor het Wapen der Infanterie hier te lande, 28 Augustus
1884. Cadet-korporaal 28 Juni 1887. Cadet-sergeant 15 Juli
1887. Benoemd tot Tweede-Luitenant bij het 5e Regiment
Infanterie 25 Juli 1888. Bevorderd tot Eerste-Luitenant 8
November 1892. Gedetacheerd bij de Koloniale Reserve 1892
en van dit Korps tot 1896 gedetacheerd bij het Leger in Ne-
derlandsoh-Indië. Weder ingedeeld bij het 5e Regiment In
fanterie 1897. Gedetacheerd bij de Hoogere Krijgsschool van
18971901. Het onderwijs aan deze Inrichting onderbroken
van 18991900 en gedetacheerd naar Zuid-Afrika als mili
tair-attaché bij den Staf van het Veldleger der Zuid-Afri-
kaansche Republiek en den Oranje-Vrij staat, (K. B. 27 De
cember 1899 No. 17). Overgeplaatst bij het Regiment Gre
nadiers en Jagers 1901. Bevorderd tot Kapitein bij het 9ü
Regiment Infanterie 1 October 1903. Lid van de Tweede
Kamer der Sta ten-Generaal (voor Leeuwarden) van 1905
1913. Was gedurende dit tijdsverloop ook eenige jaren Lid
van den Gemeenteraad van 's Gravenhage. Tijdens den Bal
kan-oorlog in 1913 gedetacheerd als militair-attaché bij het
Grieksche Leger, waar hij de veldtochten in Macedonië en
Epirus medemaakte en tegenwoordig was bij de bestorming
van den Tarabosj bij Skoetari. Bevorderd tot Majoor bij
het 12u Regiment Infanterie 26 Mei 1913. Machtiging verleend
om tijdelijk in Albaneesehen krijgsdienst te gaan, met dien
verstande, dat hij binnen den tijd van drie jaren tot den
30