168
JAARVERSLAG 1922—1923.
Reeds dadelijk na terugkeer op de C. S. bleek dat we
nog steeds met 't zelfde fanatisme bezield waren als het
vorige jaar. Dat 't O. J. nog niets verleerd was, bleek wel
na den barentijd in den wedstrijd O. J.J. J., die natuur
lijk door de ouderen werd gewonnen, zooals 't alle jaren
't geval is geweest.
Onze eerste uit-wedstrijd was tegen ,,Den Helder", een
club, waartegen we het vorige jaar in de bekerwedstrijden
van Go-Ahead" gekampt hadden en die nu zoo vriendelijk
was ons uit te noodigen om eens in Den Helder te komen
spelen. En ofschoon het nieuwgevormde elftal vele inval
lers telde, trokken we toch welgemoed op weg met 't
treurige resultaat van een 50 nederlaag.
Nog jammerlijker echter moesten we de vlag strijken voor
't sterke elftal der Adelborsten (110). Dit bracht dan ook
een minder aangename stemming teweeg onder de voetbal
lende „Jonkers", die besloten nu maar eens flinker aan te
pakken. Met het goede resultaat dan ook, dat we verschil
lende volgende wedstrijden of gelijk speelden of wonnen,
o.a. tegen „Go-Ahead", „V.A.F.C." een een H.B.S.-elftal.
Tot onze groote spijt was op 't Assaut geen enkele
club vrij om den strijd met ons aan te binden en dus werd
het maar een O.J.J.J.-wedstrijd, die echter zeer fanatiek
gespeeld werd. De voor den winnaar uitgeloofde medaille,
werd door het O.J, in beslag genomen, dat, niet zonder
moeite, met 21 wist te winnen. Om 't fanatisme voor de
voetbalsport nog te verhoogen, werd, op voorstel van één
der Bestuursleden, een onderlinge competitie uitgeschreven.
Hiertoe werden vier elftallen van ongeveer gelijke sterkte
geformeerd, voor 't winnend elftal werden 2 bronzen medail
les beschikbaar gesteld. Zooals te verwachten was, hadden