3s
Overwonnen.
Ha
Door de straten van het dorpje,
Trokken wij met slaande trom.
Zie, daar stond een jeugdig meisje,
Tusschen heel een maagdendrom.
„Moed soldaten, moed!" zoo sprak zij,
„Keert als overwinnaars weer!"
„Overwinnen! Moed! Eén kus slechts!
En zij boog het hoofdje neer;
„Neem!" En ik, ik kus die lippen
Zwijgend, in bewondering stom.
Voorwaarts ging het, immer voorwaarts
Voorwaarts steeds met slaande trom.
Ach, wij keerden in dat dorpje
Dra als vluchtelingen weer.
Alles, alles was verloren;
Vaderland, Geluk en Eer.
Met het hoofd terneer gebogen
Zie ik haar; ik word herkend.
Met verachting in haar oogen
Heeft zij zich tot mij gewend.
„Lafaard! Ha!" Een vuistslag volgde,
„En ik neem mijn kus weerom".
En het hoofd terneer gebogen,
Schreed ik voort bij stille trom.
HARRY.
Dl
194