Terugblik- yLO Mijn hart zingt zijn zang van 't schoone voorheen, Toen bloemen blij bloeiden, de zonne scheen, Toen langende oogen blij staarden me aan, Die tijd is zoo vlug er voorbij gegaan; Toen brandende lippen heet kusten mijn mond In zalige liefde, zwijm'lende liefdestond, Toen zacht-ronde armen me hielden omvat Alsof ik voor eeuwig mijn liefste had, Toen 't huiverend harte haast ophield te slaan, Van liefde, die nooit van mij heen kon gaan. Ik voelde me sterk toen, ik voelde me groot, En vreesde geen scheiding alleen door den dood. En toch ging die tijd vol van liefde voorbij, Nu zijn er slechts eenzame dagen voor mij. En 't hart zingt zijn zang uit 't zoete verleên, De dagen, ze gaan nu zoo traag voor me heen. PIET. Ju 108

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1924 | | pagina 230