De laatste dag.
Blijde gezichtendruk stemgeroezemoes, iedereen in spanning.
Het was n.l. prijsuitreiking voor het handgranaatwerpen en
daarna
Daarnalokte het verlof, het „groote verlof".
Onze Groninger kreeg den eersten prijs, een rijksdaalder.
Een toespraak van den kapitein om toch het geld vooral niet
dadelijk uit te geven, aan nicotinestaafjes en aan biertjes, maar
iets te koopen als een herinnering aan de stormschool.
Thuisgekomen en weer op de kamer, een krachtterm, nog
iets dergelijks, een veldjas vloog om mijn ooren, toen een broek
gevolgd door een overjas.
„BIik kan mijn riks niet vinden."
Samen zochten we op handen en voeten een uur lang. De
riks bleef weg.
Roche.
128