Langzaam maar zeker schreed de tijd voort, de examentijd
brak aan't examen en de uitslag er van volgden.
Het zoo vurig verlangde groot verlof schonk den menschen
hun welverdiende rust, waardoor kracht werd opgedaan om 't
nieuwe cursusjaar met nieuwen moed te kunnen beginnen.
Onder de namen der Officieren, die de Academie vaarwel gezegd
hadden, troffen wij aan dien van Majoor Donck. Dit trof ons
bijzonder, daar we wisten welk een persoon we in hem als
Adviseur van den Senaat moesten verliezen. Hij, die 't Cadetten-
corps ten allen tijde met raad en daad bijstond, zonder dat hem
dit ooit te veel was. Wij en de oud-leerlingen willen U dan ook
onzen wel geineenden en oprechten dank betuigen, voor hetgeen
gij tot stand gebracht hebt, in 't belang van het Corps.
Thans is tot dien arbeid geroepen, de Kapitein Rooseboom,
die daar zijn we zeker van 't zijne ertoe zal bijdragen,
't werk van zijn voorganger met evenveel liefde en toewijding
voort te zetten.
De Corpszaken werden aanvankelijk opgedragen aan den corps
oudste. Daar dit zijn eigenaardige moeilijkheden meebrengt,
werd gelukkig weer besloten, dat een Senaat gekozen zou worden.
Aan hem de taak dit jaar een goede en doeltreffende leiding
te geven.
Besturen der verschillende vereenigingen, ik vraag U, den Senaat
bij te staan in hun streven, want gij kunt er veel toe bijdragen,
Zijn taak te vergemakkelijken.
Gaan wij het afgeloopen jaar na, dan is er in dat jaar geen
vereeniging door bijzondere gebeurtenissen opgevallen.
Cadetten en Hoofdcursianen zoekt naar middelen om het
elkander zoo gezellig mogelijk te maken.
Ontwaakt uit den zomerslaap, ontwaakt
Shab.
8 November 1924.
52