regeeringen zelf, terwijl het Volkenbondssecretariaat een algemeene wereldstatistiek zou uitgeven. Ten aanzien van de wapenen van de tweede categorie, welke eventueel ook als oorlogswapens zouden kunnen dienst doen, wilde Engeland bepaald zien, dat ook voor deze wapenen uitvoervergunningen noodig zouden zijn. De Douane-commissie, die nu de noodige wijzigingen in het desbetreffende artikel moest aanbrengen, eischte, dat bij uitvoer van deze wapenen een visum van het land van invoer moest worden overgelegd. Dit voorstel ontlokte de heftigste oppositie van Amerika en België, die hun uitvoer van deze wapens (o.a. revolvers) bedreigd zagen. Boncour wist echter de meerderheid der conferentie aan zijn zijde te krijgen tegen de Amerikaansch-Belgische combinatie. Toen gestemd moest worden over het Amerikaansch-Bel gische voorstel tot schrapping van deze bepaling, werd het met 16 tegen 12 stemmen en een aantal onthoudingen ver worpen. Nadat echter de Amerikaansche gedelegeerde een tweede stemming had aangevraagd, sloeg onder dezen druk de stemming der conferentie om en was de uitslag 11 tegen 13 stemmen en 12 onthoudingen. Amerika had dus bereikt, dat geen visum van het land van invoer behoefde te wor den overgelegd bij deze wapenzendingen. Den volgenden dag echter diende Amerika een voorstel in, hetwelk bepaalde, dat, indien een invoerende Staat een visum op dergelijke wapeninvoeren eischte, en dit aan den uitvoerenden Staat had medegedeeld, steeds bij uitvoer een visum aanwezig behoorde te zijn, welk voorstel dank baar door de conferentie aanvaard werd. Bepalingen waren opgenomen, dat zendingen van wapens, welke een land in doorvoer passeerden, moesten worden aangehouden, wanneer deze zendingen verdacht voorkwamen aan het land van doorvoer. Met het oog op het geteekende tractaat met België betreffende de Schelde en met het oog op de Rijnvaartovereenkomst achtte Neder land deze bepalingen een bron van geschillen en op voor stel van onze delegatie werden deze bepalingen geschrapt. Hoewel onze delegatie eerst geprotesteerd had tegen de publicatie van wapenzendingen naar overzeesche gewes- 101

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1926 | | pagina 109