En laten we er dan ook vooral om denken, dat de „Lees
zaal" geen cantine is, en stilte er een eerste vereischte moet
zijn.
Alvorens dan dit verslag te eindigen, willen wij onzen
oud-beschermheer, den Kapitein der Art. Koppen, onzen
welgemeenden en oprechten dank betuigen voor al hetgeen
hij tot stand bracht voor de Leeszaal.
Thans wordt die functie vervuld door den Kapitein der
Inf. van der Wal, die zeker het zijne ertoe zal bijdragen
om het werk van zijn voorganger met evenveel liefde en toe
wijding voort te zetten.
HET BESTUUR.
57