regen. Iedere klas had een bepaalde taak. Er zijn op de Molenschotsche heide loopgraven met onderkomens, schuil plaatsen, waarnemingsposten en opstellingen voor geschut gemaakt. Om drie uur werd alles bezichtigd. Daarna werd de uit werking gedemonstreerd van verschillende projectielen. Bij paal 41 wachtte ons de muziek van ,,het Zesde". Om over zes waren we thuis. 21 Mei. We gaan met Pinksterverlof tot Woensdag 26 Mei. 26 Mei. De examens naderen. De eigen oefening begint al. 9 Juni. Aanvang van het Officiersexamen voor de Cadetten. De exercitieloods is weer eens examenlokaal geworden. Netjes staan daar de tafeltjes gerangschikt, met de stoeltjes daar achter, waar dadelijk diverse soorten van examenslacht offers op neer zullen vallen. In de cantine, de leeszaal, zelfs in 't gymnastieklokaal wordt eigenoefening gehouden. 's Morgens is het Oudste Jaar zeer kalm, zeer bezadigd. Tusschen den middag even, en na het avondeten komen ze uit den band. Dan hooren we allemaal de „opgelegde" en de „strik'vragen. Bij de meesten is het nog 10. Zou het morgen 20 of 11 worden? 12 Juni. De vertrekkende S. A. zou ons een concert aanbieden. Wegens het ongunstige weer ging dit echter niet door. Zoo kregen we nu een thé-dansant in de ontspanningszaal. Het strijkje van „het Zesde" zorgde voor de muziek. De voor zitter van „Artikel 49", Mr. Rud. J. Arnoldi, schetste in 68

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1927 | | pagina 78