9 Juli. De klassen, die in het pionierkamp te Rijen zijn, krijgen hun opdrachten. Steeds meer hout komt op 't terrein. Er wordt hard gewerkt. Het weer is goed. Trouwens, het is de heele week mooi gebleven. De menage is best. De pap vormt het hoofdbestanddeel, 's Avonds om tien uur, pap met Juli- kevers. Om half tien afmarsch voor de nachtoefening. Het is ongeveer nieuwe maan, dus vrij donker. De plaatsen, waar gegraven moet worden, zijn aangegeven met wit band. Ondanks het goede eten, heeft menigeen al spoedig weer honger. Maar dat gevoel wordt gauw op zij gedrongen door het machtige slaap". Kees probeert blitzlichtkiekjes te nemen. Om vijf uur komt de cantine weer op het terrein. Per slot van rekening is zoo'n nachtoefening maar erg kort. Al spoedig begint het weer te lichten. En 't is zoo'n heerlijk idee: Straks zijn we thuis en dan.Pitten jongens!" Om acht uur kunnen we onder de wol kruipen tot Maan dagmorgen, als we willen. Kasie ,,had zoo'n slaap!" 11 Juli. Zondag. Nog vrij veel van ons gaan met verlof. Er is een fuif van de roeivereeniging. Het is stil in het kamp, heel stil! 12 Juli. We beginnen met nieuwe opdrachten. Scherf-vrije schuil plaatsen, loopgraven met schuilnissen, enz. De genie gaat verder met haar mineurwerk, wat schijnt niet erg mee te vallen. Over alle liniën wordt hard gewerkt. De Indische klasse heeft pech, doordat haar schuilplaats geregeld afkal- vert; Holland daarentegen staat te pikken op keiharden grond. Het is flink warm. Vliegen zijn lastige beesten, 70

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1927 | | pagina 80