het minder aangename, dat toch óók in ons Academieleven
onvermijdelijk is, zoo spoedig weer vergeten is.
Hiermede is dan ook rekening gehouden bij de samen
stelling van den Almanak.
Dat deze een voorname plaats inneemt in het hart van
menig oud-kasteelbewoner bleek onze Commissie zoo treffend
door bijdragen van twee oud-cadetten.
De Generaal-majoor W. E. van Dam van Isselt, zond
ons een bijdrage, waarin veel wetenswaardigs wordt mede
gedeeld over den vroegeren Applicatie-cursus aan de K. M. A.
terwijl de Eerste-Luitenant van het N. I. Leger C. H. Statius
Muller ons een hoogst interessante en leerzame inzending
deed toekomen, die bij alle Corpsleden zeker in den smaak
zal vallen.
Wij brengen den Generaal-majoor W. E. van Dam van
Isselt en den Eerste-Luitenant C. H. Statius Muller dan
ook onzen welgemeenden dank, en spreken den wensch uit,
dat vele oud-kasteelbewoners dit mooie en goede voorbeeld
zullen volgen.
Onzen adviseurs, den Kapitein J. H. Fruyt van Hertog
en den Eerste-Luitenant Blokhuis, wien, als waren zij zelf
nog lid van het Corps, geen tijd en moeite te veel was, om
ons in alles met raad en daad bij te staan, brengen wij
hierbij onzen dank.
Dat de Almanak in den smaak moge vallen van alle Corps
leden voor nu en later is de wensch van
DE REDACTIE.
5