loopig als oordbivak; den vermoeiden ledematen werden
een oogenblik rust gegund.
De polshorloges wezen negen uur aan, maar, o schrik;
geen burgemeester, geen vertegenwoordiger der bloeiende
gemeente. Een boerenvrouwtje deelde mede, dat de be
langrijkheid van de plaats meebracht, dat de burgervader
twee maal per week de blauwe trap van 't gemeentehuis
beklom; net mis natuurlijk. Dus nog maar wachten, of er
een of andere autoriteit zou komen opdagen.
Het wachten werd bekroond, daar plotseling een heer
met pantoffels op een fiets aan kwam zetten en mede
deelde, dat zijn vlugge komst het gevolg was van 't gerucht,
dat er drie vreemd uitziende menschen gesignaleerd waren
en naar den burgemeester gevraagd hadden.
Hij stelde zich voor als de Secretaris en plaatste met
een weinig achterdocht het zoo lang begeerde stempel in
het marschboekje.
Het volgende marschdoel was Heusden, waarheen met
een vlot gangetje werd gereden om den verloren tijd in
te halen.
Daar teekende in de verte het stadje zich af achter de
dijken van de Maas. De groote brug werd overgereden en
Heusden binnengestoven.
De geachte lezer moet zich verplaatsen in een eenigs-
zins deftig stadhuis, waar fraaie wandschilderingen een
grootsch cachet trachten te geven aan de verschillende
zalen.
Er heerscht een bijzondere drukte in de kamer van den
Secretaris. Tafels vol officieele stukken, betreffende vee-
verkoopingen, rechtszaken en veilingen geven den klerken
handen vol werk, en.den bezoeker nauwelijks de kans
94