Aan de vertrokken Officieren
en Leeraren.
Er is een tijd van komen, er is een tijd van gaan.
Het ware van deze woorden moeten wij elk jaar weer
gevoelen, als wij, in October van groot-verlof terugkomend
op de Academie, weder eenigen van onze leeraren moeten
missen.
Want missen doen wij U. In den loop van een jaar went
men geheel aan een leeraar, men herkent hem direct aan
zijn stap, zijn stem, zijn geheele „zijn".
En juist dan valt het op, als men dat alles niet meer
ontmoet.
En niet alleen als leeraar missen wij U, want als be
schermheer of donateur van een onzer vereenigingen stond
U vaak nog dichter bij ons. Nooit was U iets te veel, steeds
stond U ons met raad en daad terzijde.
Namens het geheele Corps Cadetten en Leerlingen vap
den Hoofdcursus brengen wij U onzen welgemeenden dank
voor alles, wat U voor ons gedaan hebt, zoowel in- als
buiten dienst.
Dat het U in Uw verder leven goed moge gaan, en dat
U nog vaak terug denke aan den tijd, dien U als leeraar
aan de Koninklijke Militaire Academie en den Hoofdcursus
doorbracht, is de wensch van
DE REDACTIE.
6