LIEF EN LEED. Mislukt! Nu was het afgeloopen en was er nooit meer iets aan te veranderen, Fer zou z'n heele verdere leven blind blijven. Wanhopig zat Elly naast het bed, waarop haar jongen zich onrustig heen en weer bewoog; zat daar al uren, steeds maar z'n hand vasthoudend en peinzend op een middel om z'n leed te verzachten. 'n Paar jaar geleden, ongeveer een jaar voor de ver schrikkelijke krijg ontbrandde, had ze Fer, die toen nog studeerde, ontmoet. Zij voelden zich tot elkaar aangetrok ken; hij, jongen van 21 jaar, vroolijk, levenslustig en zij, 28 jaar, door de ruwe werkelijkheid van het leven stil en teruggetrokken. Toen was echter het mooie in haar leven pas gekomen; had ze alles, wat ze te geven had, aan haar jongen geschonken, niets terugvragend dan wat toewijding en hartelijkheid. Nooit was het in haar opgekomen, dat de jonge, vroolijke Fer iets dieper voor haar zou gaan voelen. Zij vroeg ook op dat oogenblik niets meer van het leven, genoot en dacht niet aan wat er later zou kunnen gebeuren. Haar kon het leven hierna toch niets meer schenken. Tot z'n 24ste jaar zou Fer nog moeten studeeren, dan was hij vrij en onafhankelijk. Opgetogen en vol vuur kon hij met haar over dien tijd praten; heerlijk zou het zijn, indien hij al zijn tijd aan haar kon besteden, heel dikwijls bij haar kon zijn. Zij glimlachte altijd onder deze verhalen, dacht, dat hij het op dat oogenblik wel meende en wilde z'n zelf gebouwde luchtkasteelen niet ineen doen storten. 212

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1928 | | pagina 220