Het gesprek gaat over luchtvaart. O. J.: Wat beteekent het volgende distinctief: twee ge kruiste kanonnen met een propeller erdoor?" J. J.: (overtuigend): „Bommenwerpers!" O. J.: J. J.: „Vliegtuigen gooien toch ook bommen?" Athletiek. Pim heeft met speerwerpen den graad van volmaaktheid bereikt. Laatst probeerde hij met den punt naar achteren het peil van zijn prestaties nog op te voeren. (Zou hij het nog eens leeren?) X.: „Zeg, Walzertraum speelt toch in Weenen?" Herbayum: „Neen, op het oogenblik in Den Haag." Op de gehaktballen. Non bis in idem. In de les. Leeraar vertelt, dat de hefbrug in Rotterdam putten- fundeering heeft. Volgens Pim is het tegenwicht van beton, maar een kachel is ook van ijzer. O. J.: „Wat is een dubbelrang?" Feut: „Sergeant-majoor!" 5 April. Zweedsch kolonel „Wie schmeckt das Essen?" X.: „Danke schön, heute gut!" 235

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1928 | | pagina 243