Jaarverslag 1926-1927.
„DE DAVERENDE DINGEN DEZER DAGEN".
1926. September.
We krijgen bericht, dat door de in Breda en omstreken
heerschende typhus ons verlof tot nader order is verlengd.
18 October.
We krijgen weer bericht, dat ons verlof verlengd is, nu
tot 1 November.
1 November.
Terug van groot verlof. Zaterdag is een rare dag om van
verlof terug te komen. Toespraak van den Gouverneur.
Er zal lang en hard gewerkt moeten worden om de maand
October „in te halen."
De her-examen-liefhebbers „knijpen" geducht.
Tot acht uur 's avonds zijn we nog bezig met het ontvan
gen van boeken, enz. om Maandag opnieuw met grooten
ijver te beginnen.
3 December.
St. Nicolaasfuif. De Sint wordt binnengevaren!?) in een
versierde cano met kachel. Tevoren ontvangst in het „Zuid"
en van daaruit in triumph per rijtuig naar Kilacadmon,
waarbij een der cavaleristen als stukrijder fungeert op het
paard van den Sint.
De „band" helpt de stemming er in brengen. Verschillende
heeren worden er behoorlijk doorgehaald.
57
