officieren te geven, die voor hun vaak moeilijke taak zijn berekend. De talrijke reünisten, vervolgde spreker, komen hier om getuigenis af te leggen van wat de Academie voor hen is geweest. Een persoonlijk woord richt Z.E. tot den gouverneur, die in de 26 jaren, welke hij aan de inrichting verbonden is geweest, alles gegeven heeft om den naam van de instelling hoog te houden. Spreker richt zich dan tot de cadetten: ,,Een mooie dag is het voor U," zegt hij, „gij ziet hier bijna duizend reünisten uit verre landen gekomen, uit Indië en uit ons land, oud-officieren en officieren. Bij allen klopt het hart warm voor de Academie." Nogmaals drukt spreker zijn groote waardeering uit voor de wijze, waarop de gouverneur zijn taak heeft vervuld, vooral in de moeilijke jaren der reorganisatie. Het gaat nu weer in stij gende lijn. De Academie zal en moet voor de toekomst wor den bevolkt met goede leerlingen. H. M. de Koningin, aldus spreker, heeft ook nog op andere wijze dan door Haar bezoek op morgen van Haar belangstelling voor de Acade mie willen doen blijken en besloten een reeks onderschei dingen toe te kennen. Op verzoek van den Minister werd de ban geopend. Hoorns schalden, terwijl de muziek daarna de eerste reprise van het Wilhelmus deed hooren. Hierop las de adjudant van den Minister van Defensie het Koninklijk besluit voor, waarbij de volgende onderschei dingen werden verleend: Benoemd tot commandeur in de orde van Oranje-Nassau met de zwaarden, bij bevordering: de generaal-majoor G. G. van Ever dingen, gouverneur der Koninklijke militaire academie tot officier in de orde van Oranje-Nassau met de zwaar den: de majoor van den staf der infanterie J. H. Fruyt van Hertog; 119

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1929 | | pagina 127