Kolonel Verschoor! Ik aanvaard namens de Koninklijke militaire academie en in het bijzonder namens het cadetten- korps gaarne Uw geschenk. Ik zeg U en Uwe officieren hartelijk dank en U zult mij zeer verplichten, indien U dezen dank wilt overbrengen aan de overige vriendelijke schenkers. Ten slotte nam de oud-Minister van Oorlog, J. J. C. VAN DIJK, voorzitter van de Koninklijke vereeniging ,,Ons Leger" het woord en bood onder de volgende bewoordin gen een gedenkplaat van deze vereeniging aan, welke was aangebracht in den rechter zijmuur van den hoofdingang van het Academiegebouw: Zijn Hoogedelgestrenge spreekt er zijn blijdschap over uit dat, waar tot nu toe de woorden van hulde en waar deering zijn gesproken uit den eigen militairen kring, hem de gelegenheid wordt geboden een stem uit het Nederland- sche volk buiten den militairen kring te doen hooren na mens de Koninklijke Nederlandsche vereeniging ,,Ons Leger". Dat die vereeniging meende hier tegenwoordig te moeten zijn bij; het eeuwfeest der Koninklijke militaire aca demie, zal niemand verwonderen, die weet, dat de veree niging bij het Nederlandsche Volk de overtuiging wil ves tigen en versterken, dat tot instandhouding van onze onaf hankelijkheid noodig is, en voorshands noodig zal blijven, een krachtig weerstelsel, dat zij dus ijvert voor de ontwik keling van de nationale weerkracht. Hoe zou die vereeniging dan mogen ontbreken, waar de gedachtenis gevierd wordt van het honderdjarig bestaan van de Koninklijke militaire academie, het instituut, dat het grootste gedeelte van onze Nederlandsche en Nederlandsch- Indische offficieren heeft opgeleid, de mannen, die de op leiders en aanvoerders zijn geweest en nog zijn van de legers van ons dierbaar Vaderland hier te lande en in onze ge- 131

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1929 | | pagina 139