biedsdeelen elders! Die officieren, zij hebben gearbeid en
zij arbeiden nog aan een bij uitstek nationale taak. Door die
gedachte hebben zij bezieling ontvangen tot hun arbeid en
is hun de kracht gegeven om ook onder de denkbaar moei
lijkste omstandigheden hun taak te vervullen, hun plicht te
betrachten. Velen zijn bij het vervullen van hun plicht ge
vallen. Aan hun nagedachtenis worde hier eerbiedige hulde
gebracht.
Het Nederlandsche volk heeft niet steeds blijk gegeven
van de waardeering, die toekomt aan het leger en zijn aan
voerders en dus ook niet aan het instituut, waar de aan
voerders werden opgeleid. Daar zijn stroomingen, die zich
kanten tegen elke weerbaarheidsgedachte, die de nationale
weerloosheid propageeren en daarbij wel erkennen, dat het
verlies van onze onafhankelijkheid daarvan het gevolg zou
kunnen zijn, maar dat verlies niet het grootste kwaad achten.
Daar zijn andere, die ten opzichte van de nationale weer
baarheid helaas volkomen onverschillig zijn.
De vereeniging ,,Ons Leger mag zich derhalve niet ver
stouten te spreken namens het Nederlandsche volk in al zijn
geledingen, maar wèl mag zij dat doen als vertegenwoor
digster van dat deel van het volk, dat in de weermacht ziet
het instituut in de handen der Overheid, dat niet gemist kan
worden, zoolang die Overheid het leven van ons volk, de
geestelijke, zedelijke en stoffelijke goederen heeft te be
schermen tegen aanvallen van buiten of van binnen.
Zij wenscht hier haar dankbaarheid uit te spreken en
hulde te betuigen aan het instituut, dat gedurende een eeuw
de mannen heeft gevormd in nationalen zin voor hun natio-
nalen arbeid.
Zij heeft gemeend dat te moeten uitdrukken in een zicht
baar teeken, in een eenvoudige gedenkplaat met een een
voudig opschrift,
132
