De schermzaal was ingericht tot wijndepót, terwijl eenige
localiteiten, grenzende aan de kleine gymnastiekzaal, waren
ingericht als provisiekamer en afwaschhokken.
In de eigenlijke eetzaal was aan de westzijde op een
verhooging de hoofdtafel aangericht, plaats biedende aan
20 personen. Loodrecht op deze waren zes rijen tafels over
de geheele lengte van de zaal geplaatst, in het midden
onderbroken door een breeden doorgang. Op deze wijze
was een royale plaats geboden aan de 644 deelnemers.
Een leger van hulptroepen was door den aannemer aan
geworven, t. w. 6 chef-kellners, 90 kellners, 1 chef-kok en
6 koks en 25 waschvrouwen, zoowaar een sterke compagnie
„administratietroepen".
Om eenig idee te geven van de moeilijkheden, welke de
aannemer had te overwinnen, laten wij hier enkele getallen
en artikelen volgen, die door hem werden ingeslagen. Voor
de „hors d'oeuvre" 100 blikken kreeft, 500 eieren, 75 blik
ken sardines, 75 blikken groenten, ruim 600 tomaten, 25
pond garnalen; voor de andere gerechten waren benoodigd
o.a. 80 ossentongen, 100 liter doperwten, 100 blikken celerie,
180 kippen (niet al te oude), 90 blikken compote, 700 ge
bakjes, 60 blikken ananas. Zooveel mogelijk waren deze
artikelen betrokken uit Breda, overigens uit andere plaatsen
in Nederland.
In den wijnkelder waren ruim 1200 flesschen diverse
wijnen gereed gezet. Als geruststelling moge hier vermeld
worden, dat na afloop van het diner nog enkele onaange
sproken flesschen door den aannemer uit de Academie
zijn vervoerd geworden.
Tegen half zeven begaven de deelnemers aan het diner
zich reeds in groepen, onder den nu stroomenden regen,
naar de eetzaal. Te ±r 7,15 had ieder zijn plaats, ingenomen.
145
10
