de Koningin met Hare Dochter en Haar Gemaal een rijtoer
gemaakt door het versierde Breda. Helaas regende het
voortdurend. Dat niettemin de Bredasche burgerij het Ko
ninklijk Gezin een enthusiaste ontvangst bereidde, behoeft
wel niet gezegd te worden.
Het weer werd slechter, doch de Historische optocht
stond op het programma van dezen middag.
Te 1 uur was de Koninklijke Familie, na het noenmaal
in den Koninklijken trein, die bij Etten-Leur was opgesteld,
gebruikt te hebben, Breda weer binnengereden.
Zij werd door den burgemeester en den gemeenteraad
van Breda op het stadhuis ontvangen. In de raadszaal
begroette de Burgemeester de Vorstelijke personen met de
volgende rede:
„Majesteit, Koninklijke Hoogheden,
Het is mij een groote eer, met vergunning van Uwe Ma
jesteit, in dit gebouw, waar het hart van onze bevolking
klopt, een woord van welkom en diepgevoelde erkentelijk
heid te mogen spreken, een woord, dat inderdaad uit het
hart der bevolking komt.
Blijde herinneren zich velen het bezoek van Uwe Ma
jesteit op 25 September 1894 met Uwe Koninklijke Moe
der en de komst van Uwe Majesteit met Uw hooggeëerden
Gemaal op 3 Juli 1905. Breda zal niet minder blijde terug
denken aan de dagen van 19 en 20 October 1928, dagen
nog bijzonder gekenmerkt door de eerste intrede van Uwe
Koninklijke Dochter. Door dit bezoek ziet Breda bekrach
tigd den door Uwe Majesteit in 1905 uitgesproken wensch,
dat de banden, sinds Engelberts huwelijk tusschen onze
stad en het Huis van Nassau gelegd, en in de nieuwere
geschiedenis door de Prinsen van Oranje bevestigd, zoo
mogelijk nog nauwer worden aangehaald.
165