Duitschland verblijf had gehouden, werd hem door zijn zus
ter, de Prinses Royale, weduwe van Willem II en moeder
van den lateren koning-stadhouder Willem III, het kasteel
van Breda als vaste verblijfplaats aangeboden, waar hij zich
den 14 April 1660 vestigde. Op 13 Mei 1660 vaardigden de
Staten van Holland een deputatie af, bestaande uit de hee-
ren van Beverweert, van Strevelshoek, van Vlooswijck en
van Teijlingen, om den koning geluk te wenschen met zijn
herstel op den troon, en hem te verzoeken zijn terugreis
over Holland te maken.
Groep VIII is een allegorie op den Vrede van Breda (23
Augustus 1667). Deze voor de republiek zoo gunstige vrede,
die een einde maakte aan den tweeden Engelschen oorlog
(16651667), kwam 23 Augustus te Breda tot stand. Onder
teekenaars van het verdrag waren van Engelsche zijde: Lord
Hollis en Lord Henry Coventry. Voor de republiek teeken
den de volgende leden der Staten-Generaal: Hieronium van
Beverningh, Pieter de Huijbert, Alard Pieter Jongestal,
Ludolf Tjarda van Starckenborch en Adolf Hendrik Rip-
perda.
Groep IX is de weergeving van den eersten intocht door
Stadhouder Willem IV en zijne gemalin Anna van Engeland
in Breda op 13 September 1737.
Het bezoek van het stadhouderlijk paar aan de stad
duurde van 1315 September en werd op de feestelijkste
wijze gevierd.
De Prins van Oranje heeft onder het volk een groote
menigte zilveren gedenkpenningen uitgestrooid; deze pen
ningen werden in goud aan de Magistraat der stad aange
boden. De Magistraat van Breda liet ter herinnering aan dit
heuglijk bezoek een fraaie gedenkpenning slaan.
De tiende groep eindelijk is gewijd aan de oprichting van
171