de Koninklijke militaire academie te Breda, zooals die op 24 November 1828 plechtig geschiedde en waarbij Prins Frederik zijn vader vertegenwoordigde. De groep geeft de overdracht der Academie aan den eersten gouverneur, luitenant-generaal Gunkel, door Prins Frederik weer, waar bij mede aanwezig waren: de commandant, luitenant-kolo nel der artillerie Koek, vier kapiteins der onderscheidene wapens, de hoogleeraar Bosscha, die de inwijdingsrede uit sprak en de toenmalige burgemeester van Breda, Mr. J. F. Chr. J. de Roy van Zuidewijn. De optocht was samengesteld naar ontwerpen van Mr. E. L. M. H. Baron Speyart van Woerden, lid van het Oranje comité. De artistieke leiding berustte bij de heeren J. ter Gast en J. de Luit. Algemeen leider van den optocht was de heer J. W. Butner, reserve-kapitein der artillerie te Breda. Nadat Hare Majesteit zich nog eenigen tijd in de groote hall van het stadhuis met den burgemeester van Breda en den gouverneur heeft onderhouden en alle aanwezige mili tairen heeft toegesproken, maakt het Koninklijk Gezin zich op voor het vertrek. Geheel Breda en verre omgeving staat opgepakt in Breda's straten om haar Hooge Landsvrouwe jubelend vaarwel toe te roepen. Aan het station, alwaar de Koninklijke trein is voorgereden, wordt Hare Majesteit door den burgemeester en de zooeven genoemde militaire autoriteiten plechtig uitgeleide gedaan. Gedurende den middag gaf het corps cadetten een thé- dansant, weer met haar eigen muziek, die druk bezocht was door de reünisten, Ook nu weer was het einde vlugger daar dan de aanwezigen wel wenschten. Daarna verzamelden de cadetten zich met hunne gasten den Senaat van het korps Adelborsten te rfc 5.30 nam. aan 172

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1929 | | pagina 180