het veldleger en met instemming van den legercommandant
in Nederlandsch-Indië, gevormd van officieren, oud-offi
cieren en reserve-officieren van het leger hier te lande en
dat in Nederlandsch-Indië, teneinde een huldeblijk aan de
jubileerende inrichting aan te bieden. Deze commissie be
stond, naast een zeer groot eere-comité, onder voorzitter-
Schap van Z. K. H. PRINS HENDRIK, waarin alle autori
teiten van het geheele leger, zoowel hier te lande als van
Nederlandsch-Indië, zitting hadden genomen uit een uit
voerend comité, hetwelk als volgt was samengesteld:
c. A. PRINS, generaal-majoor, commandant Ille Divisie,
voorzitter
Jhr. A. F. K. GRASWINCKEL, generaal-majoor b. d.
J. M. VAN GOGH, luitenant-kolonel der inf. O.I.L. b. d.
O, BUENO DE MESQUITA, kolonel, commandant reg.
genietroepen.
A. K. L. VERSCHOOR, kolonel, commandant III A.Brig.
J, C. WAGNER, kolonel, commandant brigade grenadiers
en jagers.
W. J. C. SCHUURMAN, kolonel gen. staf, chef staf hoofd
kwartier veldleger.
P. J. VAN MUNNEKREDE, kolonel gen. staf, directeur
Hoogere Krijgsschool.
A. M. VORSTMAN, kolonel-intendant.
A. H. TREU, kolonel der inf. N.I. leger b. d.
J. G. PABST, kolonel, commandant le reg. huzaren.
J, C. A. BANNINK, kolonel der inf. N.I.L. b. d.
J, J. BEIJERMAN, majoor der inf. b. d. referendaris bij
het D. v, D.
J. ALMA, luitenant-kolonel der Koninklijke marechaussee.
T. DE GOEIJEN, luitenant-kolonel van den gen. staf, chef
staf Ille divisie.
T. REDDINGIUS, dirigeerend officier v. gezondheid 2e kl,
chef van den geneeskundigen dienst te Breda.
64