blazende mochten begeleiden, terwijl de rest der kam peerders zich vermaakten met zoden steken; en daarna werd een debat geopend over het doel van deze werk zaamheid, zonder nochtans tot een resultaat te komen. De oplossing van 't vraagstuk scheen te moeten blijken uit de orders van dien avond. Tal van verbaasde jon kers verdrongen zich om het publicatiebord en de taai genieën spanden zich in om de beteekenis van 't woord „delogeeren" te achterhalen. Ik vernam, dat dit woord voorkomt in 't dialect der Bureaucratiërs en het schijnt zooveel te beteekenen als „verhuizen". Inderdaad moes ten we den volgenden dag van tenten verwisselen en de zoden waren noodig om als Perzische tapijten te fungeeren. Behalve een wisseling van tenten maakten we ook een wisseling van officieren mee. De oefeningen kregen aanstonds een Fransch tintje: ze waren niet „pour le jeu" we tirailleerden „ventre a terre" (letterlijk over het terein; stormden „au moment suprème" met „élan" op elkaar in en waren daarna weer geheel „sans ran cune". De andere officier wasneen, ik heb me nu eenmaal voorgenomen in dit verhaal geen namen te noemen. Maar toen we na een stevigen marsch op de beroemde „tjot" waren aangekomen en een dikke cadet naar zijn veldflesch greep.„En nu niet daad'lijk aan die veldflesschen liggen te lurken, hm Merkwaardig was nog een schietoefening op terrein A: schieten op ballonnetjes. Het werd een fanatieke wedstrijd tusschen geweer- en karabijndragenden; zelfs de officieren geraakten in vuur; kozen partij, en kregen bijna ruzie. Eenige dagen later vertrok het jongste jaar en daarna 168

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1930 | | pagina 184