Pait en de Inlandsche Vrouw. Broeders-in-Mars, die nooit het land van d'Overzee anders hebben leeren kennen, als uit tijdschriften, die nooit gezien hebben de rimboe in baar eeuwig groene, woeste schoonheid, die nooit den beklemmenden druk van haar stilte en eenzaamheid gevoeld hebben; het is geen waarschuwing, ook geen voorbeeld om af te schrikken, dat ik geven wil, het is slechts mijn bedoe ling, U één van die gebeurtenissen te schilderen, die zoo dikwijls voorkomen in de Indische rimboe. Het was nu al de achtste maand, dat hij in dit verla ten uithoekje van den wereld, midden in de uitgestrekte wildernis, zat met een B. B. ambtenaar als eenigen mede-Europeaan, een wrak van de maatschappij, die er een Inlandsche njai op na hield. Het was zwaar voor Gijs om zich aan te passen aan het harde, primitieve leven in de rimboe. Voor hem, pas afgestudeerd tweede-luitenantje, bijna zonder over gang, op eigen aanvrage, van 't vlotte, frivole cadetten- leven verplaatst naar de eenzame, grootsche, tropische oerwouden, was 't bijna ondoenlijk, te wennen aan de wanhopige stilte en eenzaamheid. Moedig had hij ge vochten tegen dat steeds terugkeerende verlangen naar de beschaafde wereld, naar ander gezelschap als dat van de Inlandsche, die zijn huisje voor hem in orde hield; gevochten met de toewijding voor zijn beroep, zijn officier-zijn, maar steeds keerde dat heimwee in sterkere mate terug. Zoo stond hij dezen avond voor de voorgalerij van zijn billik huisje, op de treden van de houten trap, die 189

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1930 | | pagina 205