waai, terwijl Sinterklaas en Pieterbaas, trouw bijgestaan door vele cadetten, er voor zorgen, dat de vroolijkheid steeds stijgt. Hierna huppelt het corps achter het rijtuig van Sint Nicolaas Academiewaarts, waarmede de eerste acte beëindigd wordt. Het tweede gedeelte speelt zich als gewoonlijk af in de cantine, waar de goede Sint, gezeten in een bam boestoel tusschen twee dienstfietsen, binnen komt glij den, door verrukkelijke blaasmuziek verwelkomd. Hij betreedt statig het tooneel en dan begint de verdeeling van zijn vele gaven. Zelfs de twee „standaardtypen van het jubeljaar" worden niet vergeten. Als na een luidruchtigen Indianengang een ieder ten slotte zijn krib opzoekt, zijn ze het allen eens over de geneugten van het Sinterklaasfeèst. 18 December. Het roode licht in de gangen verschijnt als eerste, blijde voorteeken van het naderende Kerstverlof. 20 December. Ook de bel bij de binnenwacht is weer in feestdos gehuld, wat haar hatelijk voorkomen een weinig ver zacht. 23 December. Het jongste jaar verheugt zich in het bezit van keu rig opgezette bananenschillen op de benedenmouw. Dienst als op „Engelsche-Zaterdag" plotselinge haast luidruchtigheid ongewone drukte de jon kers gaan met Kerstverlof. 3 Januari. En nu komen ze weerom. Yreeselijke verhalen doen, de ronde een ongeluk 69

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1930 | | pagina 81