dienst van H. M. de Koningin, aanvaard en na voorlezing van het Koninklijk besluit van 7 October 1903, waarbij door H. M. de Koningin bevolen werd, dat aan het vaandel van de Koninklijke militaire academie dezelfde eerbewijzen zouden ten deel vallen als aan de vaandels der korpsen, reikte de Gouverneur het over aan het corps. De cadet-sergeant der infanterie van het leger hier te lande, Jhr. J. H. Backer, genoot op dezen zoo gedenk- waardigen dag de groote eer, om als eerste vaandel drager van het corps cadetten het vaandel te mogen ontvangen, bij het hieropvolgende défilé er het eerste saluut mede te brengen en het huiswaarts te dragen, waar het een plaats kreeg in de receptiezaal. Aldus verkregen de cadetten hun vaandel. Laat het thans als „symbool van de eenheid en de eer van het Korps, van de liefde voor het vaderland, de trouw aan de Koningin, als het symbool van de schoonste militaire deugden" hoog boven de hoofden uitwapperen; doch laat ook Uwe daden zoo zijn, dat Ge het steeds waard moge zijn U eronder te scharen; waakt er steeds voor, 4 met open blik naar het geliefde doek te durven opzien. DE REDACTIE. Rede van den kolonel F. H. A. Sabron, waarmede het vaandel van den burgemeester werd aanvaard. 83

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1930 | | pagina 97