DE RING. Een jonge knaap, een snelle hand. In 't glasraam heeft de diamant Terloops zijn naam geschreven. Dan roept een makker, luidt de bel Of slaat een tamboer het appèl En grijpt hem 't volle leven. Een jong officierde vlag geplant. Gevallen voor zijn Vaderland, Maar naast hem knielt de Glorie. Schuift van de hand, die reeds verstijft, Zacht den cadettenring en schrijft Zijn naam in 's Lands Historie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1931 | | pagina 155