danste en Maria de Larcy verscheen stralender dan ooit, als het beeld uit een verloren droom. Zij verrastte de stad, overrompelde de Sureté, stichtte opnieuw haar salon, ontving Danton, vleide en bespotte hem ze ontving Fouquier ïinville, sprak met sarcastische bewon dering over zijn werk en lachte hem uit. Zij bracht een sfeer mee, die Parijs in verwarring bracht, de sfeer van een vroeger leven, van schitter en romantiek, de reuk van kostbare parfums en van de seringen der Tuilerieën, maar zij bracht ook iets mee, dat niet oud was, iets vreemds en roekeloos, de onverschilligheid voor eigen veiligheid en leven. Deze roekeloosheid beschermde haar als een harnas, zij werd er onkwetsbaar door, zij wandelde door vuur zonder zich te branden. Danton hoorde haar ironische opmerkingen over de Republiek hulpeloos aan, Fouquier grijnsde en zweeg. Deze wonderbaarlijke situatie bleef, totdat Sarrat haar bezocht, terwijl in zijn brein reeds het wonderlijke plan rijpte, waardoor hij zelf ten onder zou gaan. De Republiek had mannen noodig, als Sarrat, die geen last hadden van een fijnbesnaard gemoed. Sarrat, eenmaal bediende van den Comte de Larcy, later ijverig medewerker aan de Septembermoorden en nu invloedrijk lid van de Sureté, bracht haar voor de Tribunal Revolutionnaire. Doodelijk verliefd en vol ouden haat, kende hij elk woord, dat haar veroordeeling kon beteekenen, bespotting van de revolutie, van het Comité de Sureté, zij had gelachen om de revolutie en geschreid om haar verloren Parijs Voor de Tribunal gedroeg ze zich als in haar salon, ze spotte, lachte om Fouquier, dien sluwen vos, en hoorde met een ironisch lachje haar schuldigverklaring aan. Een paar dagen later bracht Sarrat zijn eerste bezoek aan de gevan genis. Hij was vol moed en kwam de zaal met ter dood 163

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1931 | | pagina 173