2 Juni. Hei corps wordt voorgesteld aan den eerste-luitenant der militaire administratie N. I. L. C. J. Vogelsang. 6 Juni. Vertrek met Pinksterverlof. Een groot aantal o.j.'s blijft hier. Groote aanhankelijkheid en drukke bezigheden binden hen aan Kilacadmon. 10 Juni. Terugkomst van Pinksterverlof. 13 Juni. De eerste examendag van het o.j. Oh Damocles! Hang ditmaal uw zwaard niet aan een paardenhaar, maar aan een ijzerdraad. 24 Juni. Het 2de j. en j.j. betrekken omstreeks dezen datum de eigenoefeninglokalen. 28 Juni. De Ridderdagen. Het „Blaasje", voorafgegaan door de tamboers en hoorn blazers, begeeft zich naar het stadhuis, alwaar de Ridders worden afgehaald. Onder de tonen van een vlotten marsch komt de Ridder stoet de poort van de Academie binnen, waar de Gouverneur hun een welkomstwoord toespreekt. Kort hierna steekt een hoornblazer den hoorn en het t signaal „Het is voor den kok in de keuken geweest" klinkt over het voorplein. De Ridders begeven zich naar de exercitieloods waar een feestdisch is aangericht. Verschillenden voeren het woord, ook Nass, als voorzitter van den voorloopigen senaat.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1931 | | pagina 83